bloeddruk
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
- bloed·druk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bloed en druk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bloeddruk | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
bloeddruk m
- (medisch) de hydrostatische druk die het bloed op het vaatstelsel van de slagaderen uitoefent
- Door drop en zout te eten kun je een hoge bloeddruk krijgen.
- Vooral veel oudere mensen hebben een hoge bloeddruk.
- ▸ Exact zoals de dokter haar had verzocht te doen. De eerste dag van Jeroens ziekenhuisopname had men zich beziggehouden met elementaire zaken zoals bloedafname, bloeddruk en het in kaart brengen van zijn algehele toestand.[1]
Afgeleide begrippen
- bloeddrukcontrole, bloeddrukdaling, bloeddrukmeter, bloeddrukmeting, bloeddrukmiddel, bloeddrukschommeling, bloeddrukverhogend, bloeddrukverlagend, bloeddrukziekte
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord bloeddruk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "bloeddruk" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ “ (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be