blister
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- blis·ter
Woordherkomst en -opbouw
- van het Engels [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blister | blisters |
verkleinwoord | blistertje | blistertjes |
Zelfstandig naamwoord
- een plastic verpakking die wordt gebruikt om kleinere producten te verpakken
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord blister staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Engels
Uitspraak
enkelvoud | meervoud |
---|---|
blister | blisters |
Zelfstandig naamwoord
blister
- een hol bolletje, luchtbel, zeepbel
- (medisch) bulla, blaar, blaas, op de huid
- (handel) verpakkingsmiddel, ondermeer als doordrukstrip voor pillen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to blister |
he/she/it | blisters |
verleden tijd | blistered |
voltooid deelwoord |
blistered |
onvoltooid deelwoord |
blistering |
gebiedende wijs | blister |
Werkwoord
blister
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 7
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Medisch in het Engels
- Handel in het Engels
- Werkwoord in het Engels