blauwgroene pitpit
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- blauw·groe·ne pit·pit
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van blauwgroene en pitpit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blauwgroene pitpit | blauwgroene pitpits |
verkleinwoord | blauwgroen pitpitje | blauwgroene pitpitjes |
Zelfstandig naamwoord
blauwgroene pitpit
- (zangvogels) Dacnis viguieri een zangvogel uit de familie Thraupidae (tangaren). Deze soort komt voor in de laaglanden van uiterst oostelijk Panama en aangrenzend noordwestelijk Colombia
Hyperoniemen
Gangbaarheid
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.