beschikkingsmacht

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·schik·kings·macht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beschikkingsmacht beschikkingsmachten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de beschikkingsmachtv / m

  1. (juridisch) (economie) het recht dat men iets mag gebruiken naar eigen goeddunken
     De rechter is het niet eens met Animal Rights. Volgens de rechter heeft de gebiedsbeheerder de beschikkingsmacht over de paarden zodra ze in de vangwei staan, omdat die beheerder ook voor de dieren zorgt. Staatsbosbeheer is volgens de rechter dus houder van de paarden in de vangweide en mag daarom paspoorten aanvragen en vervolgens de dieren op transport stellen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “Staatsbosbeheer mag konikpaarden naar slachterij brengen” (Donderdag 5 november 2020, 20:10), NOS