beaming
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·a·ming
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van beamen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beaming | beamingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- uiting die aangeeft dat je het ergens mee eens bent
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'beaming' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "beaming" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Michel Krielaars 26 augustus 2016 ‘Ik schrijf geen boeken, ik praat boeken’
- ↑ De Standaard 30/04/2011 door bdd, Wim Winckelmans, Isabel Albers Nieuwe CD&V-ideologie is klaar
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be