bacillendrager
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·cil·len·dra·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bacillendrager | bacillendragers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bacillendrager m
- (medisch) iets of iemand die bacteriën kan overdragen zonder er zelf ziek van de zijn
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. iets of iemand die bacteriën kan overdragen zonder er zelf ziek van de zijn
Gangbaarheid
- Het woord bacillendrager staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.