bachelor
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·che·lor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bachelor | bachelors |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
bachelor m
- academische titel, te behalen na drie tot vijf jaar hoger onderwijs
- iemand die de graad van bachelor heeft behaald
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord bachelor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "bachelor" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ bachelor op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Woordherkomst en -opbouw
- van het middeleeuws Latijn baccalaureus
Zelfstandig naamwoord
bachelor m
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 8
- Zelfstandig naamwoord in het Engels