amblyopie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • am·bly·o·pie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord amblyopie amblyopieën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de amblyopiev

  1. (medisch) lui oog
Vertalingen

Gangbaarheid

23 % van de Nederlanders;
31 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen


Tsjechisch

Zelfstandig naamwoord

amblyopie v

  1. (medisch) amblyopie
Synoniemen
Afgeleide begrippen