verheugen: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Tvdm (overleg | bijdragen)
Volgorde
fixjes
Regel 22: Regel 22:
*{{fra}}: {{trad|fr|se réjouir}} ''(de)''
*{{fra}}: {{trad|fr|se réjouir}} ''(de)''
{{trans-mid}}
{{trans-mid}}
*{{nor}}: {{trad|no|glede seg}}
*{{nor}}: {{trad|no|glede}} seg
*{{nno}}: {{trad|nn|glede seg}}
*{{nno}}: {{trad|nn|glede}} seg
*{{spa}}: {{trad|es|alegrarse}}
*{{spa}}: {{trad|es|alegrarse}}
{{trans-bottom}}
{{trans-bottom}}
Regel 31: Regel 31:
*{{nor}}: {{trad|no|glede seg til}}
*{{nor}}: {{trad|no|glede seg til}}
{{trans-mid}}
{{trans-mid}}
*{{nno}}: {{trad|nn|glede seg til}}, {{trad|nn|glede seg på}}
*{{nno}}: {{trad|nn|glede}} seg til, {{trad|nn|glede}} seg på
*{{spa}}: {{trad|es|ilusionarse con}}
*{{spa}}: {{trad|es|ilusionarse con}}
{{trans-bottom}}
{{trans-bottom}}

Versie van 19 mei 2010 09:23

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·heu·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verheugen
verheugde
verheugd
zwak -d volledig

Werkwoord

verheugen

  1. wederkerend zich ~: blijdschap ervaren.
    • Hij verheugde zich enorm toen zij onverwachts belde. 
  2. wederkerend zich ~ op: reikhalzend uitzien naar iets.
    • Hij verheugde zich op haar aangekondigde bezoek. 
  3. overgankelijk iemand ~ vreugde bereiden.
    • Hij verheugde zijn moeder met een onverwacht bezoekje. 
Vertalingen