Nieuw-Caledonisch stormvogeltje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • Nieuw-Ca·le·do·nisch storm·vo·gel·tje
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord Nieuw-Caledonisch stormvogeltje Nieuw-Caledonische stormvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

het Nieuw-Caledonisch stormvogeltjeo dim. tant.

  1. (buissnaveligen) Fregetta lineata op Wikispecies een vogel uit de familie van de zuidelijke stormvogeltjes. De vogel broedt op het eiland Nieuw-Caledonië en is daar endemisch. Buiten de broedtijd verblijft de vogel boven open zee in de Koraalzee en de Grote Oceaan tot aan de Marquesaseilanden op Wikipedia (nl)
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie