Iberische bosspitsmuis
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- Ibe·ri·sche bos·spits·muis
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van Iberische en bosspitsmuis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Iberische bosspitsmuis | Iberische bosspitsmuizen |
verkleinwoord | Iberisch bosspitsmuisje | Iberische bosspitsmuisjes |
Zelfstandig naamwoord
de Iberische bosspitsmuis v / m
- (insecteneters) Sorex granarius een spitsmuis uit de onderfamilie der roodtandspitsmuizen. De Iberische bosspitsmuis is op het oog niet te onderscheiden van de gewone bosspitsmuis. De soort is wat kleiner (kop-romp 62,5-72 mm, staart 38-45 mm, gewicht 4,5-8 gram), en er zijn verschillen in de schedel en het aantal chromosomen
Hyperoniemen
- spitsmuizen, insecteneters, placentadieren, zoogdieren, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'Iberische bosspitsmuis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.