warrel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- war·rel
Woordherkomst en -opbouw
- zn: naamwoord van handeling van warrelen ww (zonder -en) of afgeleid van de stam van warren met het achtervoegsel -el [1] [2]
- ww: warrelen ww zonder de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | warrel | warrels |
verkleinwoord | warreltje | warreltjes |
Zelfstandig naamwoord
warrel
- wanordelijk proces of toestand
- (verouderd) wervelende stroming in water
Synoniemen
- [1] chaos, verwarring, war, warboel
- [2] draaikolk, maalstroom
Afgeleide begrippen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
warrelen |
warrel
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van warrelen
- Ik warrel.
- gebiedende wijs van warrelen
- Warrel!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van warrelen
- Warrel je?
Gangbaarheid
- Het woord warrel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -el in het Nederlands
- WNT:Onbruikbare referentie
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Verouderd in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal