onweersbui

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·weers·bui
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onweersbui onweersbuien
verkleinwoord onweersbuitje onweersbuitjes

Zelfstandig naamwoord

de onweersbuiv / m

  1. (meteorologie) een regenbui met bliksem en donder
    • Een vreselijke onweersbui trok over het land, waarbij verschillende boerderijen in brand vlogen. 
    • 'Woensdag is er kans op supercellen; roterende onweersbuien. Die kunnen windhozen veroorzaken. Dat is het ultieme om vast te leggen.' [1] 
     Vanwege zware regen- en onweersbuien geldt voor Noord-Brabant, Limburg en Gelderland code tot 16.00 uur oranje. Het KNMI zegt dat er hier kans is op zware windstoten tussen de 75 en 100 kilometer per uur en hagelstenen van twee centimeter.[2]
     Het KNMI heeft voor morgenmiddag en -avond code oranje afgegeven voor het oosten en zuidoosten van het land. In Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant en Limburg verwacht het weerinstituut in de middag zware onweersbuien. Daarbij is kans op zware windstoten van 75 tot 100 kilometer per uur en grote hagelstenen van 2 centimeter of groter.[3]
Synoniemen
  1. donderbui
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Het Parool 18 juni 2013 Eerste tropische dag van het jaar in Nederland
  2. Bronlink geraadpleegd op 19 mei 2022 Weblink bron “KNMI: code oranje in het zuidoosten vanwege zware onweersbuien” (19 mei 2022), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 8 juli 2023 Weblink bron “Morgen code oranje in oosten en zuidoosten: zware hagel en onweer verwacht” (8 juli 2023), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be