brandnetel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Groote brandnetel
Uitspraak
Woordafbreking
  • brand·ne·tel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord brandnetel brandnetels
verkleinwoord brandneteltje brandneteltjes

Zelfstandig naamwoord

brandnetel v/m

  1. (bloemplanten) een plantengeslacht Urtica op Wikispecies, waarvan in Nederland en België de grote brandnetel (Urtica dioica op Wikispecies) en de kleine brandnetel (Urtica urens op Wikispecies) voorkomen
  2. (bloemplanten) Urtica dioica op Wikispecies een harige plant die bij aanraking een brandend gevoel en zwelling veroorzaakt
  3. (bloemplanten) Urtica urens op Wikispecies een harige plant die bij aanraking een brandend gevoel en zwelling veroorzaakt
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be