zwetserij
Uiterlijk
- zwet·se·rij
- Naamwoord van handeling van zwetsen met het achtervoegsel -erij of afgeleid van zwetser met het achtervoegsel -ij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwetserij | zwetserijen |
verkleinwoord | - | - |
de zwetserij v
- het gedrag van een zwetser
- Die zwetserij van hem hangt me al lang de keel uit.
- Het woord zwetserij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwetserij" herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be