zeemos

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Zeemos

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zee·mos
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeemos zeemossen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

zeemos o

  1. (neteldieren) holtedieren die boomachtig vertakte kolonies op de zeebodem vormen, Sertularia argentea op Wikispecies
    • Er werd vroeger op zeemos gevist omdat het voor versiering op hoeden gebruikt werd; ook nu vindt het toepassing in de modelbouw als miniatuurboompjes. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

86 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be