wrang
Uiterlijk
- wrang
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | wrang | wranger | wrangst |
verbogen | wrange | wrangere | wrangste |
partitief | wrangs | wrangers | - |
- In de betekenis van ‘zuur’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1287 [1]
wrang
- zuur (en bitter)

enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wrang | wrangen |
verkleinwoord |
- (plantkunde) Cuscuta
plantje dat als een parasiet zich om andere planten heen slingert
- Het woord wrang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wrang" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "wrang" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Plantkunde in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 97 %
- Prevalentie Vlaanderen 94 %