wintersportplaats
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- win·ter·sport·plaats
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wintersport zn en plaats zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wintersportplaats | wintersportplaatsen |
verkleinwoord | wintersportplaatsje | wintersportplaatsjes |
Zelfstandig naamwoord
- (wintersport) geschikte plaats om wintersport te bedrijven
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord wintersportplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.