werknemersfonds
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- werk·ne·mers·fonds
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | werknemersfonds | werknemersfondsen |
verkleinwoord | werknemersfondsje | werknemersfondsjes |
Zelfstandig naamwoord
- kapitaal dat is bijeengebracht door werknemers
- ▸ Het contract voor Nats stipuleert dat de staat een belang van 49 procent behoudt en dat het personeel van Nats vijf procent bezit via een werknemersfonds. Nats heeft een personeelsbestand van 5.675 mensen, waaronder 1.947 verkeersleiders.[2]
- ▸ Hij was een relict uit 1968, waarschijnlijk sociaaldemocraat en zeker aanhanger van de ideeën van de regering over 'werknemersfondsen', oftewel confiscatie van alle industriële activa op de vrije markt.[3]
Gangbaarheid
- Het woord werknemersfonds staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Kevin Done“FT. Britse luchtverkeersleiding deels geprivatiseerd” (29/03/2001), De Standaard
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645149