werknemer

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • werk·ne·mer
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van werk en de stam van nemen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord werknemer werknemers
verkleinwoord werknemertje werknemertjes

Zelfstandig naamwoord

werknemer m

  1. iemand die voor een ander werkt en daarvoor betaald wordt
    • Hij is aangesloten bij een vereniging van werknemers. 
     Burn-outs zijn tegenwoordig beroepsziekte nummer 1.Het NRC meldt dat meer dan 14 procent van de werknemers jaarlijks burn-outklachten ondervindt.[1]
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be