waterhoos
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wa·ter·hoos
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van water en hoos
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waterhoos | waterhozen |
verkleinwoord | waterhoosje | waterhoosjes |
Zelfstandig naamwoord
- een verzameling van water
- Het zeil schoot los en er kwam een waterhoos naar beneden van het regenwater dat erop lag.
- windhoos die water mee omhoog heeft gezogen.
Vertalingen
1. een verzameling van water
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord waterhoos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.