voorbijfietsen
Uiterlijk
- voor·bij·fiet·sen
- samenstelling van voorbij bw en fietsen ww
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| voorbijfietsen |
fietste voorbij |
voorbijgefietst |
| zwak -t | volledig | |
voorbijfietsen
- ergatief op de fiets voorbijgaan
- Zij waren het veld nog niet voorbijgefietst toen hij een lekke band kreeg.
- Het woord voorbijfietsen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal