volkswil
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- volks·wil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | volkswil | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de volkswil m
- de (vermeende, eensgezinde) wil van het volk, de wil van de massa
- In het regeerakkoord nemen VVD, CDA, D66 en de CU zich voor het raadgevend referendum af te schaffen. Dat werd, nadat ook de volksraadpleging over het EU-associatieverdrag met Oekraïne uitliep op een schertsvertoning, de hoogste tijd. Op papier zijn referenda de spreekbuis van het volk. In werkelijkheid dienen ze vooral om de volkswil te manipuleren, zo schreef ooit de liberale voorman Vonhoff.[2]
- Trump, Geert Wilders en geestverwante populisten keren zich tegen de complexe onzekerheid met hun eenvoudige recepten. Laat de volkswil regeren, zeggen ze. Daarmee zijn ze democraten. Zij stellen 'het volk'tegenover 'de elite'. Maar als alleen de mening van 'het volk'telt, zijn andere meningen eigenlijk waardeloos.[3]
Gangbaarheid
- Het woord volkswil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "volkswil" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad 16-10-2017 Sleepwetreferendum vooral geschikt voor manipuleren volkswil
- ↑ Het Parool ADDIE SCHULTE 6 JANUARI 2017 'De enige resterende zekerheid is onzekerheid'
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Invoegsel -s- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 90 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %