voleindiging
Op deze pagina ontbreken een of meerdere woorddefinities. Wij vragen u deze toe te voegen voor de compleetheid van dit lemma. |
Nederlands
[[afbeelding: |thumb|]]
Uitspraak
Woordafbreking
- vol·ein·di·ging
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van naamwoord van handeling van voleindigen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voleindiging | voleindigingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
-
- ▸ Zijn gezicht bloeide op in het verlicht besef van dat weten, dat vrij is van driften en 125 drijfveer, dat de voleindiging kent, dat in harmonie is met de stroom van wat gebeurt, met de levensstroom, zich in lief en leed geheel aan de stroom heeft overgegeven, deel uitmaakt van de eenheid.[2]
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'voleindiging' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Siddharta” (1922), De Bezige Bij , ISBN 902340341X