vijftienjarige

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vijftienjarige    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈvɛiftinˌjarəɣə / (5 lettergrepen)

Woordafbreking

• vijf·tien·ja·ri·ge

Woordherkomst en -opbouw

• bn:  vijftienjarig bn  met de uitgang -e
• zn: afgeleid van  vijftienjarig bn  met het achtervoegsel -e

Bijvoeglijk naamwoord

vijftienjarige

1. verbogen vorm van de stellende trap van vijftienjarig

   • De vulkaan werd weer actief na een vijftienjarige periode zonder uitbarstingen. 

Schrijfwijzen

•  15-jarige bn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vijftienjarige	vijftienjarigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de vijftienjarige v / m

1. levend wezen dat 15 jaar oud is of iets dat 15 jaar bestaat

   • De vijftienjarige genoot van de vakantie aan zee. 

   ▸ Toen ik mijn tienjarige zoon vroeg wat hij ervan vond dat ik zo lang weg zou zijn, antwoordde hij: ‘Geen idee, dat weet ik toch pas als je weg bent?’ Grappig vond ik zijn opmerking over het motief van mijn reis: ‘Wat is het nut van je wandeling? Je bereikt en verdient er niks mee.’ Mijn vijftienjarige dochter reageerde net als mijn vrouw pragmatisch en recht door zee.

Schrijfwijzen

•  15-jarige zn 

Vertalingen

    1. levend wezen dat 15 jaar oud is of iets dat 15 jaar bestaat   

Zweeds: femtonåring (sv)

Gangbaarheid

• Het woord vijftienjarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.