verstuiking

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

verstuiking van de enkel met kenmerkend hematoom
Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·stui·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verstuiking verstuikingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de verstuikingv

  1. (medisch) een beschadiging van een (enkel)gewricht zonder dat er een botbreuk is en het gewricht ook niet uit de kop is geraakt
    • Onderzoek in Barcelona heeft nu uitgewezen dat Cillessen een verstuiking van de rechterenkel heeft. De club laat op de website weten dat ze rekening houden met een herstel van drie weken. Cillessen kwam tot dusverre één wedstrijd in actie voor Barcelona. Tegen Alavés verving hij de geblesseerde Marc-André ter Stegen. Barcelona verloor die wedstrijd met 2-1.[2] 
    • Ook maakt het een groot verschil of je lichamelijke problemen krijgt tijdens de tocht. Veertien ruiters moesten onderweg opgeven. De enige andere Nederlander, de Ermelose Babs Ketelaar, moest na vier dagen stoppen omdat haar gezondheid het rijden niet meer toeliet, een Zweedse collega ontwrichtte haar schouder. Andere ruiters liepen botbreuken of verstuikingen op.[3] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen