verblind
Uiterlijk
- ver·blind
- vervoeging van verblinden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | verblind | verblinder | verblindst |
verbogen | verblinde | verblindere | verblindste |
partitief | verblinds | verblinders | - |
verblind [1]
- geobsedeerd, zonder nog andere zaken of omstandigheden te zien
vervoeging van |
---|
verblinden |
verblind
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verblinden
- Ik verblind.
- gebiedende wijs van verblinden
- Verblind!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verblinden
- Verblind je?
vervoeging van: | verblinden… |
verbogen vorm: | verblinde |
verblind
- voltooid deelwoord van verblinden
- Het woord verblind staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verblind" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voltooid deelwoord gelijk aan stam (zonder ge- -d)
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %