verarming
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·ar·ming
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van verarmen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verarming | verarmingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- het verarmen
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord verarming staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verarming" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be