venduhuis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ven·du·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | venduhuis | venduhuizen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het venduhuis o
- (bedrijf) onderneming waar je eigendommen openbaar tegen opbod kan laten verkopen
- ▸ Het venduhuis krijgt een commissie van ongeveer 18 procent, inclusief btw, maar het is geen business om rijk van te worden, daarvoor liggen de prijzen te laag. Trommelen ziet de gevonden voorwerpen als een aardige bijzaak, naast de kunst- en antiekveiling in het hoofdkantoor aan de Elandsgracht. „Wij zijn groot geworden in het afhandelen van totale inboedels en nalatenschappen. Mijn voorliefde ligt bij kunst en antiek. Als onderdeel vind ik dit prima, maar als ik dit alleen zou moeten doen, zou ik onmiddellijk stoppen.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'venduhuis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Gerda Telgenhof“Samsonites vol Nikes en naaldhakken” (24 december 1997) op nrc.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bedrijf in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal