upvoten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • up·vo·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
upvoten
upvootte
geüpvoot
zwak -t volledig

Werkwoord

upvoten

  1. overgankelijk, (internet) met een stem vóór steunen in een populariteitspeiling
     Ik postte het artikel en vroeg een paar vrienden het te upvoten om meteen enige aandacht te genereren.[1]
     Eén persoon stelt een vraag. Andere personen beantwoorden hem. Gebruikers kunnen commentaar geven op de vragen en antwoorden upvoten of downvoten.[2]
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 11 april 2020 Weblink bron
    Antonio García Martínez (vert. Robert Neugarten)
    “Start-upmania: geld en gekte in Silicon Valley”, ebook (2017), Uitgeverij Q, Amsterdam, ISBN 9789021404301, hfst. Snelheid is een feature
  2. Bronlink geraadpleegd op 11 april 2020 Weblink bron
    Inge van Erkel
    “@DeDocentcoach: social media in het onderwijs voor en door de docent” (2013), Uitgeverij Unieboek / Het Spectrum, Houten / Antwerpen, ISBN 9789000315086, hfst. 7, Quora