turkooispitpit
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- tur·koois·pit·pit
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van turkoois en pitpit zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | turkooispitpit | turkooispitpits |
verkleinwoord | turkooispitpitje | turkooispitpitjes |
Zelfstandig naamwoord
turkooispitpit
- (zangvogels) Dacnis hartlaubi een zangvogel uit de familie Thraupidae (tangaren). Deze soort is endemisch in Colombia
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'turkooispitpit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.