treitertaks

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • trei·ter·taks
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord treitertaks treitertaksen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de treitertaksv / m

  1. (pejoratief) belasting die eigenlijk bedoeld is om ongewenst gedrag duurder te maken, maar vooral ergernis lijkt te veroorzaken
     De gemeente Groningen wil per 1 januari reclamebelasting heffen op reclame-uitingen die vanaf de openbare weg zijn te zien. (…) Ondernemers zijn fel tegen deze heffingen, omdat ze deze ervaren als (zoals Mariska Sloot van Stadspartij 100% voor Groningen zegt) ’treitertaks’.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 18 december 2023 Weblink bron
    Vivien Waszink
    “treitertaks : Aan onze taks met die taks.” (25 september 2023) op ivdnt.org
  2. Bronlink geraadpleegd op 18 december 2023 Weblink bron Gearchiveerde versie
    Hein Bloemink
    “Penningmeester vv Gorecht slaat alarm over reclamebelasting in Haren: “Breedtesport wordt om zeep geholpen”” (6 november 2023) op harendekrant.nl