transformatorhuisje

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  transformatorhuisje    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• trans·for·ma·tor·huis·je

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  transformator  en  huisje 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	-	-
verkleinwoord	transformatorhuisje	transformatorhuisjes

Zelfstandig naamwoord

het transformatorhuisje o dim. tant.

1. (elektrotechniek) een gebouwtje dat een of meer transformatoren herbergt om hoogspanning om te zetten naar laagspanning voor levering aan huishoudens en bedrijven

Synoniemen

• elektriciteitscabine, distributiecabine

Zelfstandig naamwoord

het transformatorhuisje o

1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord transformatorhuis

Gangbaarheid

• Het woord transformatorhuisje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.