taxatrice
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- taxa·tri·ce
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van taxeren met het achtervoegsel -atrice
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | taxatrice | taxatrices |
verkleinwoord | taxatricetje | taxatricetjes |
Zelfstandig naamwoord
de taxatrice v
Gangbaarheid
- Het woord 'taxatrice' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.