tapuitvliegenvanger
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ta·puit·vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tapuit zn en vliegenvanger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tapuitvliegenvanger | tapuitvliegenvangers |
verkleinwoord | tapuitvliegenvangertje | tapuitvliegenvangertjes |
Zelfstandig naamwoord
de tapuitvliegenvanger m
- (zangvogels) Peneoenanthe pulverulenta een zangvogel uit de familie Petroicidae (Australische vliegenvangers). Deze soort telt 4 ondersoorten
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'tapuitvliegenvanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.