stromatras

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. De vulling is zichtbaar door een opening in de witte stromatras van dit middeleeuwse bed.
Uitspraak
Woordafbreking
  • stro·ma·tras
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stromatras stromatrassen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

stromatras v / m, o

  1. met stro gevuld hulsel dat als onderdeel van een eenvoudige slaapplaats bestemd is om het lichaam te ondersteunen
     De fabriek waar ze na de scheiding werd ondergebracht, daar beginnen de herinneringen weer. „Een dorp buiten Nijmegen. Een langwerpig gebouw, heel hoog, vol met kinderen. (…) Ik sliep met twee kinderen op een stromatras. (…)”[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 11 april 2020 Weblink bron
    Jannetje Koelewijn
    “Een meisje van acht, in een lege fabriek” (26 juni 2018) op nrc.nl op Wikipedia