matras
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ma·tras
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘beddenzak’ voor het eerst aangetroffen in 1384 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | matras | matrassen |
verkleinwoord | matrasje | matrasjes |
Zelfstandig naamwoord
- lichaamsondersteunend onderdeel van een bed
- Doordat hij zo zwaar was raakten zijn matrassen altijd snel doorgelegen.
- ▸ Ze sleepten zelfs een oud[e] matras vijf kilometer met zich mee.[3]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Overerving en ontlening
Vertalingen
1. lichaamsondersteunend onderdeel van een bed
Gangbaarheid
- Het woord matras staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "matras" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "matras" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ matras op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Indonesisch
Woordafbreking
- mat·ras
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Nederlands "matras"
Zelfstandig naamwoord
matras
Synoniemen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Indonesisch
- Zelfstandig naamwoord in het Indonesisch