staat vast
Uiterlijk
- Geluid: staat vast (hulp, bestand)
- IPA: / ˈstat ˈvɑst / (2 lettergrepen)
- staat vast
- uit staat (werkwoord) en vast (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
vaststaan |
staat (…) vast
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaststaan
- Jij staat vast.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaststaan
- Hij staat vast.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vaststaan
- Staat vast!
- Het woord staat vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.