staat bloot

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  staat bloot    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈstat ˈblot / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• staat bloot

Woordherkomst en -opbouw

• uit staat (werkwoord) en bloot (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
blootstaan

staat (…) bloot

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blootstaan
   

   • Jij staat bloot. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blootstaan
   

   • Hij staat bloot. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van blootstaan
   

   • Staat bloot! 

Gangbaarheid

• Het woord staat bloot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.