sprintinspanning
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sprint·in·span·ning
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sprint zn en inspanning zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sprintinspanning | sprintinspanningen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de sprintinspanning v
- (sport) de maximale inspanning die men kan leveren gedurende een korte periode; de energie die het kost om een eindspurt te winnen
- ▸ En nee, ik gebruikte de term fietsen niet als makkelijk bruggetje naar het Tour de France-beeld, maar ja, als dat bruggetje er nou toch ligt ga ik het gebruiken ook. Het idee dat de wildbedoste wetenschapper Einstein zonder dat iemand het merkte al vanaf het begin van de dag ver voor het peloton uitreed, naar ik aanneem zonder helm, en daardoor zonder sprintinspanning de rit wist te winnen, zal ik niet snel vergeten.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'sprintinspanning' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Jim Jansen en Dolf Jansen“Als we wisten wat we deden, heette het geen onderzoek: 26 interviews en 26 columns” (13 november 2023), NewScientist