sniðuga

Uit WikiWoordenboek

IJslands

Uitspraak

Bijvoeglijk naamwoord

sniðuga

  1. onbepaald (zonder lidwoord) accusatief vrouwelijk enkelvoud van sniðugur

sniðuga

  1. onbepaald (zonder lidwoord) accusatief mannelijk meervoud van sniðugur

sniðuga

  1. bepaald genitief mannelijk enkelvoud van sniðugur

sniðuga

  1. bepaald datief mannelijk enkelvoud van sniðugur

sniðuga

  1. bepaald accusatief mannelijk enkelvoud van sniðugur

sniðuga

  1. bepaald nominatief vrouwelijk enkelvoud van sniðugur

sniðuga

  1. bepaald onzijdig enkelvoud van sniðugur