snelscheiding

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • snel·schei·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord snelscheiding snelscheidingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de snelscheidingv

  1. (juridisch) een snelle ontbinding van een huwelijk zonder dat er nog een bemiddeling moet worden geprobeerd
     Eric las opnieuw de eisen van directeur Curtholmen op, een zogenaamde snelscheiding op grond van de ontrouw van mevrouw Christina Curtholmen, schadevergoeding op grond van de schending van directeur Curtholmens eer die deze ontrouw had ingehouden — zo vreemd om dat naar voren te brengen, alsof je je plotseling op Sicilië bevond, dacht hij terwijl hij dat zei — en dat de stedelijke rechtbank directeur Curtholmen de voogdij toe moest kennen van de twee kinderen van het echtpaar aangezien Christina Curtholmen zich door haar gedrag ongeschikt had betoond als voogd.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044633535