schubkeelboomjager
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- schub·keel·boom·ja·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schubkeelboomjager | schubkeelboomjagers |
verkleinwoord | schubkeelboomjagertje | schubkeelboomjagertjes |
Zelfstandig naamwoord
de schubkeelboomjager m
- (zangvogels) Thripadectes scrutator een zangvogel uit de familie Furnariidae (ovenvogels). Deze soort komt voor van noordelijk Peru tot het noordelijke deel van Centraal-Bolivia
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'schubkeelboomjager' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.