scheidt uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: scheidt uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsxɛit ˈœyt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- scheidt uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitscheiden |
scheidt (…) uit
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitscheiden
- Jij scheidt uit.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitscheiden
- Hij scheidt uit.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitscheiden
- Scheidt uit!
Gangbaarheid
- Het woord scheidt uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.