salariswagen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sa·la·ris·wa·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van salaris zn en wagen zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | salariswagen | salariswagens |
verkleinwoord | salariswagentje | salariswagentjes |
Zelfstandig naamwoord
de salariswagen m
- (verkeer) een auto van de zaak; firmawagen
Synoniemen
Hyperoniemen
Gangbaarheid
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie -.