roept bijeen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • roept bij·een
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
bijeenroepen

roept (…) bijeen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijeenroepen
    • Jij roept bijeen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijeenroepen
    • Hij roept bijeen. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bijeenroepen
    • Roept bijeen! 

Gangbaarheid