remplaceren

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  remplaceren    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• rem·pla·ce·ren

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van het Franse remplacer (met het achtervoegsel -eren)

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
remplaceren	remplaceerde	geremplaceerd
zwak -d	volledig

Werkwoord

remplaceren

1. overgankelijk vervangen

Afgeleide begrippen

• remplaçant

Vertalingen

    1.   

Frans: remplacer (fr)

Gangbaarheid

• Het woord remplaceren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.