recycling

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·cy·cling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord recycling recyclings
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de recyclingv / m

  1. Recycling (Nederland) of recyclage (Vlaanderen) is het opnieuw gebruiken van materialen
    • De plastic recycling is nog verre van voldoende en dat is een uitdaging voor iedereen [3] 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen