raakt kwijt

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  raakt kwijt    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈrakt ˈkwɛit / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• raakt kwijt

Woordherkomst en -opbouw

• uit raakt (werkwoord) en kwijt (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
kwijtraken

raakt (…) kwijt

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwijtraken
   

   • Jij raakt kwijt. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwijtraken
   

   • Hij raakt kwijt. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kwijtraken
   

   • Raakt kwijt! 

Gangbaarheid

• Het woord raakt kwijt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.