Naar inhoud springen

populair

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·pu·lair
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘geliefd’ voor het eerst aangetroffen in 1689 [1]
  • afgeleid van het Franse populaire met het achtervoegsel -air [2]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen populair populairder populairst
verbogen populaire populairdere populairste
partitief populairs populairders -

Bijvoeglijk naamwoord

populair [3]

  1. bij velen in trek
    • De populaire artiest trok veel publiek bij zijn optreden. 
  2. algemeen begrijpelijk (zie bijv. -> populairwetenschappelijk)
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • razend populair
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen